Het wettelijk minimumloon wordt jaarlijks op 1 januari en 1 juli verhoogd. Dit gebeurt op basis van cijfers van het Centraal Planbureau. Dit werkt door in de loontabellen van de cao Retail non-food. Hieronder wordt de werking van de loontabellen nader toegelicht.
De loontabel
De loontabel kent leeftijds- en ervaringsjaren op basis waarvan een personeelslid wordt ingedeeld in een schaal. Deze staan op de verticale as van de loontabel. Ervaringsjaren zijn de jaren die de werknemer binnen het bedrijf werkzaam is. Als de werknemer een tredestap maakt, gaat hij dus naar beneden in de loontabel.
Op de horizontale as (A t/m I) staan de functieniveaus. Medewerkers worden op het juiste functieniveau ingedeeld door middel van het functiewaarderingsysteem. Op 2 manieren kun je de functies waarderen:
- Op maat advies in de vorm van cao-support:
- Voor Mode. Verf & Woninginrichting, Parfumerieën, Juweliers, Schoenen, Sport en de Tuinbranche biedt de website van Functiewijzer.nl een goede tool om een personeelslid in te delen in een functiegroep en niveau. Voor de woonbranche staan de functieniveaus en functiegroepen in de cao onder Niveaubeschrijvingen functiefamilies Wonen.
Basis en extra loongebouw
Het loongebouw kent een basis en een extra loongebouw. In onderstaande afbeelding is het basisloongebouw blauw gekleurd en het extra loongebouw geel opgevuld. Dit onderscheid is van belang voor het toepassen van cao loonsverhogingen en tredeverhogingen.
Loonsverhogingen
De cao loonsverhogingen zijn de verhogingen die in de huidige cao per 1 januari en 1 juli plaats hebben. Voor deze verhogingen is het einde van de schaal van belang. Wanneer een medewerker met zijn loon boven het nieuwe maximum van zijn schaal zit, dan heeft hij geen recht op de loonsverhoging. Het gaat hier om het laatste bedrag in het extra loongebouw. Ieder niveau (a tm i) kent zijn eigen maximum. Het schaalmaximum is dus afhankelijk van de schaal waar de functie is ingedeeld.
Tredeverhogingen
Het toepassen van tredeverhogingen gebeurt wanneer een medewerker een ervaringsjaar bereikt. Hierbij moet onderscheid worden gemaakt tussen de beoordelingssystematiek die wordt gehanteerd. Het is namelijk mogelijk om te kiezen tussen een systeem van beoordelingsafhankelijk- en niet-beoordelingsafhankelijk belonen. Hierbij wordt niet-beoordelingsafhankelijk belonen als standaard gehanteerd tenzij de werkgever organisatie breed voor het systeem van beoordelingsafhankelijk belonen kiest.
Niet-beoordelingsafhankelijk belonen
Medewerkers hebben binnen het basisloongebouw na elk volgend ervaringsjaar recht op een trede-verhoging, onafhankelijk van de mate van functioneren, tot het maximum van de basistreden. Medewerkers hebben geen recht op een tredeverhoging in het extra loongebouw.
Beoordelingsafhankelijk belonen
Binnen de systematiek van beoordelingsafhankelijk belonen heeft een medewerker die voldoende functioneert recht op een loonsverhoging binnen het basis loongebouw. Een zeer goed of uitmuntend functionerende medewerker heeft recht op 1 of 2 treden van 2% binnen het extra loongebouw. In sommige gevallen heeft de medewerker bij onvoldoende functioneren geen recht op een verhoging. Voor een verdere uitleg op de systematiek van beoordelingsafhankelijk belonen verwijzen we naar artikel 6, bijlage 1a en bijlage 1d van de cao.*